In het voorjaar van 2019 zijn er in totaal een 80-tal bedrijven in Vlaanderen getroffen door het aviaire influenza vogelgriepvirus van het type H3. Ondanks dat de mortaliteit opliep tot 60 % en de productie volledig stil viel, was het wachten op het koninklijk besluit van 4 juli 2019 vooraleer de Federale overheid effectief de nodige maatregelen trof door het opleggen van een ruimingsplicht om de verspreiding van het virus in te dijken. Door het ontbreken van retroactiviteit werd alle hoop op Vlaanderen gericht om de bedrijven die vrijwillig geruimd hadden toch enigszins te compenseren.
Vlaamse vergoeding goedgekeurd
Het feit dat het meer dan drie maand duurde vooraleer de overheid de nodige maatregelen trof is onbegrijpelijk. Ondertussen kon de sector enkel maar lijdzaam toekijken hoe het aantal besmette bedrijven opliep. Aangezien een oplossing uitbleef heeft het merendeel van de bedrijven (55) beslist om vrijwillig tot ruiming over te gaan om de rest van de pluimveesector te beschermen. Daar de bekomen Federale vergoedingsregeling, gekoppeld aan het ruimingsbesluit van 4 juli 2019, retroactiviteit niet toelaat, bleef het merendeel van de bedrijven met lege handen achter. Om hieraan toch enigszins tegemoet te komen heeft de Vlaamse Regering op 22 november zijn goedkeuring gegeven om in dit kader een vergoeding toe te kennen voor de getroffen pluimveehouders die vrijwillig geruimd hebben.
2,5 miljoen niet meer dan druppel op een hete plaat
In totaal voorziet de Vlaamse Regering 2,5 miljoen EUR. Dit betreft een tussenkomst in de herbevolking van de stallen van pluimveehouders die overgegaan zijn tot ruiming, voordat de federale overheid een opruimplicht operationaliseerde. Een leegstandsvergoeding wordt niet toegekend. De totale impact van dit H3 virus voor de sector wordt geraamd op 25 miljoen EUR. De voorziene 2,5 miljoen EUR is zodoende niets meer dan een druppel op een hete plaat.
Gevaarlijk precedent
Voor heel wat pluimveehouders, onder hen ook enkele jonge startende pluimveehouders, is dit een financieel en emotioneel drama. Zeker aangezien de sector een sectorfonds bezit (cfr. Sanitair Fonds) dat gespijsd wordt met sectorgeld die hiervoor niet kon aangewend worden. Met het Sanitair Fonds in het achterhoofd hebben heel wat pluimveehouders voortijdig geruimd om erger te voorkomen. Dit schept een bijzonder gevaarlijk precedent naar de toekomst toe. Niet alleen pluimveehouders, maar eveneens landbouwers met andere nutsdieren, zullen niet meer vooruitziend zijn indien een dergelijke issue zich nogmaals stelt met alle gevolgen van dien.
Wetgevend vacuüm
Tot 31 december 2020 kan de sector terugvallen op de Federale maatregelen voor dergelijke LPAI, daarna valt de sector in hetzelfde vacuüm als toen het H3-virus uitbrak. Daarom roepen we de overheid op om prioriteit te geven om de hiaten in de wetgeving te dichten. Dit zodat het niet nogmaals voorvalt dat, puur op basis van definities, primaire voedselproducenten een dergelijke financiële en emotionele impact te verduren krijgen.
Indienen dossier
Op de website van het Departement Landbouw en Visserij is een pagina beschikbaar met de nodige informatie en het aanvraagformulier voor de vergoedingen.
- informatie over aanvraag: https://lv.vlaanderen.be/nl/dier/pluimveekonijnen/aanvraagprocedure-voor-de-herbevolkingsvergoeding-na-de-uitbraak-aviaire
- aanvraagformulier: https://lv.vlaanderen.be/sites/default/files/attachments/fo_20191122_aanvraagvergoedingh3.pdf
Uiterste indieningsdatum is 1 december 2019!
Tekst: Eigen verslaggeving