Uit de antwoorden van Eurocommissaris Maroš Šefčovič in het Europees Parlement bleek duidelijk dat Europa haar ambities op vlak van dierenwelzijn niet direct zal vertalen naar wetgeving. Het implementeren van de maatregelen zou een kostenverhoging met zich mee brengen waarvoor de consument zou moeten opdraaien. Dit verantwoorden in tijden dat de voedselprijzen al sterk gestegen zijn, ziet Europa vlak voor de verkiezingen niet zitten.
Initieel wilde de Commissie voor eind 2023 werk maken van een geleidelijke ban van kooisystemen, een einde maken aan het slachten van eendagskuikens, een halt op de verkoop en productie van bont en een vermindering van transport met levende dieren. Maar die beloftes worden hoogstwaarschijnlijk niet meer waargemaakt.
De indruk dat Europa dierenwelzijn op de lange baan schuift, was al langer voelbaar. Tijdens de Europese troonrede van voorzitter Von der Leyen was er opvallend genoeg geen sprake van. Maar het grootste teken aan de wand is dat de dierenwelzijnsplannen niet meer op de Green Deal-agenda te vinden zijn.
Te duur
Dat de ambities vandaag een pak minder sterk lijken dan drie jaar geleden, zou vooral te maken te hebben met de flink gestegen levenskosten binnen de EU. De voedingsprijzen zijn de afgelopen jaren flink gestegen, en Europa staat niet te springen om deze prijzen nog verder de hoogte in te jagen. Niet geheel onterecht want moesten de beloofde maatregelen in voege gaan, dan zou de gemiddelde landbouwer zijn werkingskosten zien stijgen met 15 procent. Het is niet ondenkbaar dat dit zou worden doorgerekend aan de consument.
Verkiezingen
Naast de prijsstijgingen zouden er eveneens politieke beweegredenen zijn. De verkiezingen komen eraan en de stemmen tegen de steeds strengere milieu- en klimaatregelgeving klinken steeds luider.
Tekst: Pluimvee/VILT - Bron: Vilt - Foto: Shutterstock