Franck De Boeck, directeur van de konijnenslachterij Lonki in Temse, trok eind vorig jaar aan de alarmbel en waarschuwde dat de continuïteit van de konijnenproductie in gevaar is. Daarom lanceerde De Boeck dan ook een oproep om landbouwers warm te maken voor de konijnensector. Een sector met constante prijzen die op een goed niveau liggen volgens De Boeck. De Landsbond Pluimvee ondersteunt de oproep, maar stelt dat er eerst nog enkele cruciale zaken dienen gewijzigd worden, want het verhaal is net iets minder rooskleurig dan op het eerste zich lijkt.
Het aantal konijnenkwekers in Vlaanderen is gehalveerd op twintig jaar tijd. Anno 2022 telt Vlaanderen niet meer dan 15 konijnenhouders en ligt de zelfvoorzieningsgraad van de sector onder de 20 procent. De rest wordt aangevuld met konijnen uit Nederland waar er zelf geen eigen konijnenslachthuis is. De gemiddelde leeftijd in de konijnenhouderij is behoorlijk hoog en een aantal kwekers bereikt stilaan de pensioengerechtigde leeftijd. Daarmee komt de productie op termijn in gevaar en maakt Lonki, één van de twee konijnenslachterijen in Vlaanderen, zich zorgen niet meer aan de vraag te kunnen voldoen.
Zelfvoorzieningsgraad onder de 20%
Met een zelfvoorzieningsgraad van onder de 20 procent, de mogelijkheid op langetermijncontracten en begeleiding tijdens de opstart vanuit de slachterij lijkt de konijnensector het walhalla in de landbouwsector, als men de uitspraken van dhr. De Boeck als waarheid mag beschouwen. Echter lijkt de sector met nog een 15-tal kwekers, waarvan de meeste op pensioengerechtigde leeftijd zitten niet direct een florerende sector.
Konijnenhouderij niet zo rooskleurig als men laat uitschijnen
Luc Buyens, sectorverantwoordelijke konijnenhouderij van de Landsbond Pluimvee vindt het een goede zaak dat de konijnenslachterijen eindelijk inzien dat de leegloop in de konijnenhouderij een halt moet toegeroepen worden en er nieuwe kansen moeten geboden worden aan jonge kwekers.
“Het aantal bedrijven is fors gedaald de afgelopen jaren vanwege diverse redenen: mestquota, dierziekten (Dikke buikenziekte, RHD infecties,…), tegenvallende productie en nieuwe huisvestingsnormen. Daarnaast hebben kwekers af te rekenen met minder aantrekkelijke contractprijzen en verplichte reductie tijdens de zomermaanden, deze zaken hebben de rendabiliteit van de konijnenhouderij niet verbeterd. Ondanks het feit dat België verre van zelfvoorzienend is, zijn de contractprijzen niet evenredig gestegen met de verkoopprijzen. Hopelijk komt hier nu verandering in, zodat er meer prijszekerheid op langere termijn gegeven kan worden aan starters en financieringen vlotter rond geraken, aldus Luc Buyens.”
Tekst: Eigen verslaggeving