Pluimveeslachterij Lammens in Torhout hervatte op 28 januari opnieuw hun activiteiten nadat ze op 21 december, na bevel van federaal minister van Landbouw Denis Ducarme en het voedselagentschap, de deuren moesten sluiten wegens gevaar op een salmonellabesmetting.
De beslissing om de vergunningen van de pluimveeslachterij in te trekken, kwam er na herhaaldelijke vaststellingen van salmonellabesmetting door het FAVV. Lammens trok nog naar de Raad van State, maar zonder succes. Sindsdien werd wel alles in het werk gesteld om tegemoet te komen aan de werkpunten van het Voedselagentschap, met succes. Het bedrijf kreeg alsnog een gunstig advies om te mogen heropstarten. Hierdoor kunnen alle 175 werknemers, die sinds de intrekking van de vergunningen economisch werkloos waren, terug aan de slag in de slachterij- en versnijdingsafdeling. Voor de bereidingsafdeling is er tot op heden nog geen nieuwe vergunning aangevraagd.
Lammens verkeert al enige tijd in moeilijk vaarwater, in juni 2018 moest het al 80 van z’n 240 werknemers ontslaan wegens financiële redenen. Van de 15 miljoen euro aan openstaande schuld heeft de rechtbank nu 65 procent kwijtgescholden, de overige 35 procent wil het bedrijf op vijf jaar afbetalen. Door de blijvende problemen lijkt een overname onontkomelijk. Er zou interesse zijn van de Nederlandse pluimveeslachterijen Groenland Kip en Esbro, die op hun beurt immers deel uitmaken van de PHW Group, een Duitse pluimveegigant met een jaaromzet van 2,5 miljard euro.”
Tekst: Pluimvee – Bron: Vilt